De blik verruimen op het voorjaarssymposium van de Textielcommissie
Zo eens in de maand neem ik een dag om iets leuks te doen op het gebied van textiel.
Een tentoonstelling bezoeken, een workshop volgen of iets dergelijks. Op 18 mei ben ik naar het voorjaarssymposium van de Textielcommissie geweest.
De Textielcommissie organiseert twee keer per jaar een textielsymposium (voorheen ’textieldag’). Tijdens deze symposia worden specifieke onderwerpen onder de loep genomen. De dagen hebben een interdisciplinaire aanpak waaraan restauratoren, (kunst)historici, natuurwetenschappers en technici een bijdrage leveren in de vorm van een lezing. Ieder symposium heeft een eigen thema, waar vakspecialisten hun licht op laten schijnen.
Dit keer was het thema Kunst en Textiel. Het leuke van zo’n dag is dat er allerlei onderwerpen en invalshoeken aan bod komen waar je normaal gesproken niet mee in aanraking komt.
Het programma
Het programma van het voorjaarssymposium van de Textielcommissie bestond uit een aantal lezingen o.a. over tentoonstellingen in het verleden in twee grote musea, waar Moderne kunst en Textielkunst naast elkaar getoond werden. Beeldende kunst en textielkunst waren lange tijd gescheiden circuits. Hoewel in de jaren ‘60 de emancipatie van textiel als volwaardig medium plaatsvond, bleven kunstenaars die vanuit de Fiber Arts werk maakten eerder in de marge.
De vraag is nu of dat heden ten dage anders is.
Eén van de deelnemers aan de dag merkte op waarom kunstenaars die met Textiel werken zichzelf in een hokje plaatsen door de term Textielkunstenaar te gebruiken, en niet gewoon Kunstenaar. Veel stof tot nadenken dus.
De lezingen
Er was een heel persoonlijke lezing van Wilma Kuil over het werk van Anna Verweij en de invloed daarvan op haar eigen werk. Deze lezing sprak mij enorm aan.
Wilma Kuil heeft haar atelier vlak bij mij in Vlaardingen en ik ben een paar keer met een open dag daar geweest. Ik heb haar werk al sinds mijn opleiding gevolgd, maar wist niets over deze invloed.
Docenten van 2 Academies voor Beeldende Kunsten ( KABK en GRA ) spraken over veranderende tendensen op textielafdelingen van de Nederlandse academies. Officieel zijn het opleidingen tot ontwerper voor toegepaste kunst, bv voor stoffen en andere halffabricaten voor de textielindustrie. Beide docenten zien een tendens naar meer autonoom beeldend werken. Opvallend is weer dat hier een duidelijke golfbeweging is waar te nemen: in de tijd dat ik mijn opleiding deed (zo’n 40 jaar geleden) moest alles autonoom en monumentaal zijn en was het eigenlijk not done om toegepaste kunst te maken.
Een heel interessante lezing was die van Lydia Beerkens van St. Restauratie Atelier Limburg. Over de afwegingen die worden gemaakt bij de restauratie van textiel materialen in de moderne kunst. Zij liet twee voorbeelden zien. Steeds uitgaande van de intentie van de kunstenaar wordt besloten of beschadigingen geretoucheerd worden of dat hele onderdelen helemaal vervangen worden door nieuw gemaakte. Heel interessant! Je moet er toch ook niet aan denken dat iemand even een nieuwe Nachtwacht schildert!
Kunstenaar Tanja Smeets vertelde over haar werk Liquid garden, waarvoor ze ook onderzoek heeft gedaan in het Textiellab van het Textielmuseum.
Haar werk is nog te zien in het Textielmuseum t/m 28 mei en in museum Woerden t/m 28 mei.
Heel leuk waren korte flitspresentaties van jonge beeldende kunstenaars waar textiel op een heel andere manier aan de orde kwam.
Bart Hess met een videopresentatie.
Lulu Cuyvers met een voordracht ondersteund door foto’s van een ruimte met kantpatronen op de grond uitgestrooid met poeder.
Alya Hessy met een performance op muziek met een grote bol rode draad.
Textiel Biënnale
Als kers op de taart een bezoek aan de Textiel Biënnale in Museum Rijswijk.
Deze tentoonstelling is nog te zien tot oktober.
Al met al een prachtige dag met veel indrukken en veel om over na te denken.
En wat is er dan heerlijker om na zo’n dag weer lekker met je eigen lapjes aan de slag te gaan? Niets toch!
Marijke van Welzen
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!