Stringquilt

Hoi, hier ben ik weer, Gerie. De afgelopen week ben ik onder andere bezig geweest om van mijn  reststofjes, mijn “afval”, mijn scraps, een stringquilt te maken.

Als zuinige quilter gooi ik natuurlijk nooit iets weg, want je weet maar nooit waar je iets nog voor kunt gebruiken. En het is gewoon zonde om goede stof, hoe klein ook, zomaar weg te gooien. Dat kan altijd nog. Ik probeer mijn afvalberg zo overzichtelijk mogelijk te houden, door, wanneer ik met een quilttop bezig ben, mijn restjes meteen netjes te snijden en te sorteren. Hiervoor heb ik een uitgebreid systeem.

Reststofsorteersysteem.

Eerst koop of krijg ik lappen. Die gaan op kleur gesorteerd in doorzichtige plastic kratjes met deksel. Wanneer de lapjes kleiner worden dan 20×20 centimeter, gaan ze in een grote krat, dat zijn mijn scraps. Kleine stukken, afsnijdsels, of ongelukkig gevormde stukken stof die na het snijden of knippen van de onderdelen voor een top overblijven, snijd ik eerst in vierkanten van 15×15 cm.

Blijft er dan nog een stuk over, probeer ik er vierkanten van 10×10 uit te snijden. Die twee formaten leg ik in de Half Square Triangle krat. Daar ga ik het nog een andere keer over hebben. Van nog kleinere stukjes snijd ik stroken. De breedte maakt niet uit, gewoon lekker snijden. Die doe ik in een bak. Ook de kleine stukjes. De stroken die ik overhoud aan binding gaan uiteraard ook linea recta in die bak.

De stringquilt

Eindelijk had ik tijd om er eens lekker voor te gaan zitten. Ik heb uit een stuk plakvlieseline een hele hoop vierkanten gesneden. Van een lichte lap die ik ooit gekregen heb, maar die niet bij mijn mooie lapjes past, heb ik smalle stroken gesneden, deze wel allemaal dezelfde breedte. De precieze breedte maakt op zich niet uit, maar voor het oog is het wel mooier als deze stroken dezelfde breedte hebben. Deze stroken zijn je beginstrook voor ieder blok.

Ik heb voor een vrij witte strook gekozen, maar een andere kleur kan natuurlijk ook. Als het maar een duidelijk contrast is met de meeste van je stroken. Ik keek naar mijn berg stroken, zag vrijwel geen wit, dus…. Vandaar.

De beginstrook leg je met de goede kant naar boven op een diagonaal van je plakvlieseline vierkant.

De plakvlieseline leg je met de plakkant naar boven. De strook moet bij beide hoeken een beetje uitsteken. Heel veel uitsteken mag ook, maar dat werkt niet handig. Hele lange uitsteeksels knip ik af, het afgeknipte stuk kan zo, hop, weer terug in de bak. Bovenop de beginstrook leg je de volgende strook, met de goede kant naar beneden. De kleur maakt niet uit, de breedte maakt niet uit, het is alleen belangrijk dat de strook uitsteekt over je plakvlieselinevierkant.

Je naait de stroken op elkaar. Ik werk graag eerst naar rechts, dus leg ik daar de stroken ook netjes op elkaar, voor een mooie naad. Niet te breed, want je werkstuk wordt zwaar.

Dat herhaal je nog een paar keer. Pas wanneer ik een rij stroken heb genaaid, die breder is dan mijn strijkijzertje, ga ik strijken. Daarna strijk ik iedere strook na het naaien.

De stroken worden steeds korter. Je zou al je stroken op lengte in bakjes kunnen doen, dan gaat het nog sneller, maar daarvoor heb ik geen kastruimte meer. Als ik 1 helft van het plakvlieselinevierkant vol heb, draai ik het blok een halve slag en ga ik weer verder. Je kunt natuurlijk ook om en om naaien, maar zoals gezegd werk ik graag naar rechts. Wanneer je hele plakvlieselinevierkant vol is, ziet het er als volgt uit:

Op deze manier maak je een aantal blokken.

Wanneer je dan een aantal blokken gemaakt hebt, snijd of knip je de blokken op maat. Dit doe je vanaf de achterkant.

Op dit moment kwam ik erachter dat mijn plakvlieselinevierkanten niet allemaal vierkant waren. Gloeiende gloeiende. Op zich niet zo dramatisch, ik heb de uiteindelijke vierkanten gewoon wat kleiner gemaakt dan mijn oorspronkelijke bedoeling was. De stukjes stof die ik afgesneden heb om het blok netjes op maat te maken, kunnen hop, weer in de strokenbak. De stukjes die te klein zijn voor een strook, naai ik aan elkaar, tot het weer een langere strook is. Hop, toch weer terug in de strokenbak. Ik verzamel de nette vierkante blokken, tot ik er een aantal bij elkaar heb voor een leuk formaat quilt.

Voor nu heb ik 9 blokken gebruikt, maar ik heb nog niks aan elkaar gemaakt, ik wil eerst nog meer blokken verzamelen.

Waarom de (witte) diagonaalstrook?

Bij de volgende foto’s kun je zien waarom ik die lichte diagonaalbeginstrook steeds op dezelfde plek gebruik. De witte strook vormt een leuke eyecatcher waar je mee kunt ontwerpen. Je kunt er x-en en vierkanten mee maken (foto 10), je kunt de witte stroken allemaal in dezelfde richting leggen (foto 11) of je kunt de stroken afwisselend per rij dezelfde kant opleggen, voor een soort visgraatje (foto 12). Natuurlijk kun je de witte stroken ook totaal willekeurig neerleggen, maar dat spreekt mijzelf niet zo aan. Dan had ik de moeite voor dezelfde diagonaalstrook niet hoeven doen, denk ik dan.

Op de foto’s kun je zien dat mijn witte stroken elkaar niet overal goed raken. Dat komt omdat mijn plakvlieselinevierkant niet altijd vierkant was, waardoor ik de maat aan moest passen, en hierbij niet heb opgelet of mijn diagonaal wel goed kwam. Geeft niks, het is een leuk geheel, maar ik heb wel mijn voorraad plakvlieselinevierkanten nagekeken en vierkant gemaakt. Dat is toch leuker.

In plaats van steeds dezelfde diagonaalstrook, kun je ook kiezen voor steeds dezelfde strook in de hoekjes. Dan kun je een soort vierkantjes maken. Ook een leuk designelement. Het kan vanzelfsprekend ook allebei. Of helemaal niet. Het wordt jouw quilt, jouw beslissing. Veel plezier.

Gerie Lammers

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *